donderdag 23 januari 2020

Homoseksualiteit en identiteit

Vorig jaar publiceerden enkele Nederlandse christenen het een Nederlandse versie van de Nashville-verklaring, een document over seksualiteit en seksuele geaardheid beargumenteerd uit een christelijk perspectief. Over de bewoordingen waren niet alle christenen het eens.

Opvallend vond ik dat in de verklaring geen teksten uit de bijbel genoemd werden. Hoe denkt God nu echt over homoseksualiteit en transgenderisme?
  • Bij de schepping staat er in de Bijbel dat God de vrouw maakte als "tegenover" voor de man: "Ook zei de HEERE God: Het is niet goed dat de mens alleen is; Ik zal een hulp voor hem maken als iemand tegenover hem." (Genesis 2:18)
  • In de wetten die God tot Mozes heeft gesproken staat, naast verschillende andere seksuele zonden: "U mag niet slapen met een mannelijk persoon, zoals u met een vrouw slaapt. Dat is een gruwel." (Leviticus 18:22) Het gaat hier om de woorden van God, niet van Mozes (zoals in Deuteronomium Mozes wel iets over echtscheiding zegt). De inleiding op deze seksuele wetten is veelbetekenend, een herhaling met heel veel nadruk:
    "De HEERE sprak tot Mozes: Spreek tot de Israëlieten en zeg tegen hen: Ik ben de HEERE, uw God. U mag de gebruiken van het land Egypte, waarin u gewoond hebt, niet navolgen, en ook de gebruiken van het land Kanaän, waar Ik u naartoe breng, mag u niet navolgen. U mag niet in hun verordeningen gaan. Mijn bepalingen moet u houden en Mijn verordeningen moet u in acht nemen door daarnaar te wandelen. Ik ben de HEERE, uw God. Mijn verordeningen en Mijn bepalingen moet u in acht nemen. De mens die ze houdt, zal erdoor leven. Ik ben de HEERE."
    Ook het slot van het hoofdstuk laat geen ruimte voor dubbele interpretatie:
    "U mag uzelf niet verontreinigen met al die dingen, want de heidenvolken die Ik vóór u uit ga verdrijven, hebben zich met al die dingen verontreinigd, zodat het land onrein geworden is. Ik zal het zijn ongerechtigheid vergelden, zodat het land zijn bewoners zal uitspuwen. Maar ú moet Mijn verordeningen en Mijn bepalingen in acht nemen. U mag geen enkele van die gruweldaden doen, de ingezetene van het land niet, en ook de vreemdeling niet die in uw midden verblijft. (...) Ik ben de HEERE, uw God."
  • Als Jezus gevraagd wordt naar Zijn mening over scheiding, zegt Hij:
    "Vanaf het begin van de schepping heeft God hen mannelijk en vrouwelijk gemaakt. Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten; en die twee zullen tot één vlees zijn, zodat zij niet meer twee zijn, maar één vlees. Dus, wat God samengevoegd heeft, laat de mens dat niet scheiden." (Marcus 10:6-7)
  • Paulus, een van de apostelen van Christus, schrijft over homoseksualiteit in Rome: "Daarom heeft God hen overgegeven aan schandelijke hartstochten, want ook hun vrouwen hebben de natuurlijke omgang vervangen door de tegennatuurlijke. En evenzo hebben ook de mannen de natuurlijke omgang met de vrouw opgegeven, en zijn in wellust voor elkaar ontbrand: mannen doen schandelijke dingen met mannen en ontvangen het gepaste loon voor hun dwaling in zichzelf." (brief aan de gemeente van Rome, hoofdstuk 1)
Kortom, God heeft de mens man en vrouw gemaakt en daar een huwelijk voor ingesteld. Na de zonde is de schepping door duisternis en pijn bedekt, ook op seksueel gebied. Een voorbeeld van deze pijn is denk ik transgenderisme. Overspel en homoseksuele relaties benoemt God als verkeerde wegen van de mens die we niet mogen inslaan.

Wat me verder opviel aan de Nashville-verklaring is dat het op z'n minst onhandig verwoord is, of misschien gewoon onjuist, op het punt van "identiteit" en "verlangens". Als je kijkt naar goede of verkeerde daden kun je iets zeggen over gevoelens, verlangens, willen en het doen zelf. Jezus heeft over Gods wet uitgelegd dat haat hetzelfde is als iemand doden, of naar een vrouw kijken in begeerte hetzelfde is als overspel. Dus het willen en het doen is dezelfde zonde. Maar valt gevoel in dezelfde categorie?

Ik denk van niet. We kunnen dit zien aan de verzoeking van Jezus in de woestijn. Na veertig dagen vasten heeft Jezus heel veel honger. De duivel zegt dan tegen Hem dat Hij, als Hij Gods Zoon is, van de stenen maar brood moet maken om te kunnen eten. Wat denk je, zou Jezus niet verlangd hebben naar brood? Voor God is het niet moeilijk om van stenen brood te maken, dus voor Jezus lag het binnen handbereik. Dus ja: gevoel en verlangens had Jezus. Zo niet, dan was de verzoeking geen verzoeking; want als je geen gevoel en verlangens hebt is het niet moeilijk om iets te weigeren. Jezus, Gods Zoon, was zonder zonde, maar vol gevoel en verlangen zoals wij.

Dus er ligt een duidelijke scheidslijn tussen "identiteit" en "gevoel" (dat zijn dingen die je bent, niet wat je doet) en "willen" en "doen" (dat zijn dingen die je beslist of waar je aan toegeeft). Het woord "verlangen" is een beetje ambigu want je kunt het voor beiden gebruiken, iets wat je bent of iets wat je doet. Homoseksueel gevoel of seksuele identiteit is dus geen zonde. Wat wel geldt is dat deze gevoelens en verlangens geen goede verlangens zijn, maar gevoelens en verlangens die pijnlijk tegen het goede ingaan en waartegen dus altijd gestreden moet worden. Het zijn begeerten die niet 'bevrucht' mogen worden, zoals de apostel Jakobus schrijft:
"Laat niemand zeggen, als hij verzocht wordt: Ik word door God verzocht. God immers kan niet verzocht worden met het kwade en Hijzelf verzoekt niemand. Maar ieder mens wordt verzocht, als hij door zijn eigen begeerte wordt meegesleurd en verlokt. Daarna, wanneer de begeerte bevrucht is, baart ze zonde, en wanneer de zonde volgroeid is, baart ze de dood." (Jakobus 1)
Waar ik wel wat in meevoel in het naschrift van de Nashville-verklaring is om het niet te nadrukkelijk te hebben over "homoseksuele identiteit", alsof homoseksuele gevoelens heel je identiteit bepalen. Ze bepalen er een deel van, maar zijn niet het belangrijkste gedeelte ervan, want dat is onze verhouding tot Christus. Onze identiteit ligt in Gods Zoon, onze Verlosser, die met heel Zijn hart, heel Zijn gevoel, heel Zijn verstand en al Zijn kracht God liefhad, en Zijn naaste als Zichzelf, en ons oproept om hetzelfde te doen. Dan leven we vol vreugde.