vrijdag 29 maart 2013

Goede vrijdag

Volgens de kerkelijke traditie heet deze dag 'goede vrijdag', waarop herdacht wordt dat Jezus is gestorven aan het kruis. Waarom is de dood van Jezus zo bijzonder?
  1. Omdat hij alles verdroeg. Eigenlijk laat dit de verdraagzaamheid van God zelf zien, die ons al heel ons leven verdraagt terwijl we hem niet geloven of niet gehoorzamen, en de hele wereld al zo lang verdraagt. Jezus heeft terwijl hij aan het kruis hing gezegd: "Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen." (evangelie van Lukas, 23:34).
  2. Omdat het voor iedereen een teken is. Er werden met Jezus twee moordenaars gekruisigd. Het blijkt dat een van hen besefte hoeveel zijn leven van het leven van Jezus verschilde en geloofde dat hij meer was dan een mens. Het evangelie van Lukas vertelt dat:
    "En er was ook een opschrift boven Hem geschreven in Griekse, Romeinse en Hebreeuwse letters: DIT IS DE KONING VAN DE JODEN. En een van de misdadigers die daar hingen, lasterde Hem en zei: Als U de Christus bent, verlos dan Uzelf en ons. Maar de andere antwoordde en bestrafte hem: Vreest zelfs u God niet, nu u hetzelfde vonnis ondergaat? En wij toch rechtvaardig, want wij ontvangen straf overeenkomstig wat wij gedaan hebben, maar Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan. En hij zei tegen Jezus: Heere, denk aan mij, als U in Uw Koninkrijk gekomen bent. En Jezus zei tegen hem: Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs zijn." (evanglie van Lukas, 23:38-43)
  3. Omdat Jezus als Zoon van God voor ons blijft zorgen. Christus heeft door zijn dood overwonnen! En terwijl hij pijn leed zorgde hij voor zijn moeder en voor zijn volgeling Johannes die zijn lijden zagen. "Toen nu Jezus Zijn moeder zag en de discipel die Hij liefhad, bij haar zag staan, zei Hij tegen Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon. Daarna zei Hij tegen de discipel: Zie, uw moeder. En vanaf dat moment nam de discipel haar in zijn huis." (evangelie van Johannes, 19:26-27)
  4. Omdat het niet te begrijpen is dat Gods Zoon stierf. Hoe kan het dat God dat toeliet en wilde? Maar toch spreekt de profeet Zacharia er al over:
    "Zwaard, ontwaak tegen Mijn Herder
    en tegen de Man Die Mijn Metgezel is,
    spreekt de HEERE van de legermachten.
    Sla die Herder
    en de schapen zullen overal verspreid worden.
    Maar Ik zal Mijn hand tot de kleinen wenden." (profetie van Zacharia, 13:7)
    Jezus riep terwijl hij aan het kruis hing: "Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?" (evangelie van Mattheüs, 27:46)
  5. Omdat het lijden van Christus een overwinning was. Het lijden en de dood van Jezus was het begin van een nieuw leven door de opstanding uit de dood. Het verlangen van Christus naar dat nieuwe begin uit hij zelfs aan het kruis door symbolisch te zeggen "Ik heb dorst" (evangelie van Johannes, 19:28), terwijl hij een dag van tevoren tegen zijn volgelingen had gezegd: "Ik zeg u dat Ik van nu aan van de vrucht van de wijnstok niet zal drinken tot op de dag wanneer Ik die met u nieuw zal drinken in het Koninkrijk van Mijn Vader." (evangelie van Mattheüs, 26:29).
  6. Omdat het leven en de dood van Christus de verzoening van ieder mens met God mogelijk maakten. Christus' leven en dood kan ons met God verzoenen. Daarom riep Jezus voordat hij stierf: "Het is volbracht!" (evangelie van Johannes, 19:30) (Zie ook de brief van de apostel Paulus aan de Hebreeën, 2:9-10, 9:12.)
  7. Omdat Jezus God tot het einde van zijn leven gehoorzaam was. Jezus' laatste woorden waren: "Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest." (evangelie van Lukas, 23:46) (Zie ook de brief van de apostel Paulus aan de Hebreeën, 5:7-9.)

Iedereen een Goede vrijdag toegewenst!

zaterdag 23 maart 2013

Twee dingen waar we het meest bang voor zijn

In het gedachtegoed van de Duitse filosoof Heidegger neemt angst een centrale plaats in. Heidegger onderscheidt 'angst' van 'vrees': 'vrees' is bang zijn voor iets wat we kennen, 'angst' is bang zijn voor iets onbepaalds. Zo komt Heidegger uit op de gedachte dat moed om angst voor het niets uit te staan een van de meest existentiële manieren van leven is.

Eerder gaf ik al een christelijk alternatief voor de visie van Heidegger op de dood waar hoop in de plaats van angst komt. In dit bericht wil ik juist ingaan op angst om te leven.

Wat zijn de dingen waar we het meest bang voor zijn? De twee dingen waar we volgens mij het meest bang voor zijn zijn de volgende:
  1. een zinloos leven;
  2. het verliezen van onze uniekheid.

Laat ik eerst wat algemene dingen hierover zeggen en dan een visie geven vanuit een christelijke filosofie.

Wat het eerste, zinvolheid, betreft, "zin" is nog best subjectief. Als wij ons leven zinvol vinden is het al genoeg. Anderzijds zoeken we vaak objectieve bevestiging of grond voor ons gevoel van "zin". Ik zal op beiden proberen in te gaan.

Wat het tweede, uniekheid, betreft, dat gaat eigenlijk om de verhouding tussen algemene dingen en individuele dingen. (Vergelijk de universalia-strijd in de Middeleeuwse filosofie: wat is belangrijker, het algemene begrip (universalium) of het individuele ding (res)?) Verder is "uniek zijn" relatief ten opzichte van een vergelijkingspunt: wat betreft moleculaire samenstelling zijn we allemaal uniek, maar wat betreft namen niet, bijvoorbeeld: grote kans dat er iemand anders op deze wereld bestaat met dezelfde roepnaam als jij.

Voor deze twee dingen zijn we best bang. Heeft mijn leven wel zin? Los ik niet op in de massa?

Vanuit een christelijke visie is zinvolheid in eerste instantie vanuit Gods schepping vanzelfsprekend omdat God ons gemaakt heeft:
  • God heeft de mens in een betekenisvolle wereld gezet;
  • God wil voor mensen zorgen.
Maar vanuit menselijk perspectief is die zinvolheid nu niet zo vanzelfsprekend meer. In het bijbelboek Prediker is dat het hoofdthema: "alles is zinloos". Dat wordt in dat bijbelboek duidelijk door verschillende aspecten:
  • Er is niets nieuws te bedenken: alles is hiervoor al bedacht en geweest.
  • Wijsheid en kennis heeft geen zin: het brengt vooral verdriet en je kunt het niet gebruiken na je dood.
  • Alles wat je doet heeft geen zin, omdat het na je dood weer vergaat of in verkeerde handen valt.
Dus dit bijbelboek is erg pessimistisch. Maar we moeten in de gaten houden waar het pessimistisch over is: over het realiseren van menselijke projecten. Christelijk leven betekent dus dat je zin ontleent aan gelovig leven, en niet aan menselijke projecten. Gelovig leven ontleent betekenis aan elk moment omdat het een leven is dat in alles God zoekt, en niet meer dan dat. Een christen kan geluk ontlenen uit wat hij van God krijgt (en dat is heel veel), maar is verder gewoon verplicht om ethisch juist te handelen. Dat is trouwens geen leven zonder perspectief. Geloof geeft het perspectief van het afwachten van de toekomst van God. dus niet de toekomst van een eigen project, maar de toekomst van God. Dat perspectief is veel zekerder! Het is wel iets wat nog onzichtbaar is. De apostel Paulus zegt daarom ook van het geloof dat het de onzichtbare dingen ziet, en hij geeft een lange lijst van voorbeelden: Noach geloofde dat God de aarde zou bedekken met water, Abraham geloofde dat God hem in een ander land zou brengen en geloofde Gods belofte van kinderen, Izak geloofde de belofte van God toen hij zijn zonen zegende, enzovoort. Al die dingen gaan niet zozeer om het geloof in specifieke beloften maar om het geloof in de toekomst van God.

Vanuit een christelijke visie is uniekheid verzekerd omdat God een persoonlijke God wil zijn die iedereen afzonderlijk ("bij naam") kent. Dat is duidelijk als God zegt dat hij de God van Abraham, van Izak en van Jakob is. In het bijbelboek Openbaring wordt de nieuwe stad van God genoemd: daarin staan de twaalf namen van de stammen van Israël apart geschreven, en de namen van de twaalf apostelen. Dat beeldt uit dat God niet vergeet maar ieder persoonlijk kent. Anderzijds is het niet zo dat we belangrijker zijn dan anderen: Christus laat zien hoe we de ander moeten dienen.

Over beide aspecten van zin en uniekheid kunnen we bijvoorbeeld lezen in de profetie van Jesaja (40:26-31):
Sla uw ogen op naar omhoog,
en zie Wie deze dingen geschapen heeft;
Hij is het Die hun leger voltallig tevoorschijn brengt,
ze alle bij name roept
door Zijn grote vermogen en Zijn sterke kracht;
er ontbreekt er niet één.

Waarom zegt u dan, Jakob,
en spreekt u, Israël:
Mijn weg is voor de HEERE verborgen
en mijn recht gaat aan mijn God voorbij?
Weet u het niet?
Hebt u het niet gehoord?
De eeuwige God, de HEERE,
de Schepper van de einden der aarde,
wordt niet moe en niet afgemat.
Er is geen doorgronding van Zijn inzicht.
Hij geeft de vermoeide kracht
en Hij vermeerdert de sterkte van wie geen krachten heeft.
Jongeren zullen moe en afgemat worden,
jonge mannen zullen zeker struikelen;
maar wie de HEERE verwachten, zullen hun kracht vernieuwen,
zij zullen hun vleugels uitslaan als arenden,
zij zullen snel lopen en niet afgemat worden,
zij zullen lopen en niet moe worden.

vrijdag 8 maart 2013

Geven of nemen

Een verkeerd beeld dat er van God kan bestaan is dat God een eisend God is. Dat zodra Adam en Eva op de wereld waren gezet, God perfecte gehoorzaamheid van hen eiste en dat het eigenlijk onmogelijk was dat te houden. Dat zodra jij en ik op de wereld zijn gekomen we onder Gods vloek liggen omdat God hetzelfde van ons eist terwijl we dat niet meer doen kunnen.

Dat beeld klopt niet, want het woord "eisen" komt bijna niet voor in de Bijbel. Als God Adam en Eva maakt stelt hij ze niet een eis maar geeft God een zegen: "En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen!" (Genesis, 1:28). En zou God nu van een zegenend God in een eisend God veranderd zijn? Nee, want Jezus zegt:
"Laat de kinderen bij Mij komen en verhinder hen niet, want voor zulke mensen is het Koninkrijk van God" (evangelie van Markus, 10:14)
en:
"Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht" (evangelie van Mattheüs, 11:28-30)
.

God gebiedt wel dat wij de tien geboden houden, maar doet dat om ons bestwil. Wie de wet niet houdt doet in de eerste plaats zichzelf schade aan. Daarom is het een lichtere last om de wet van Jezus te houden dan om die te overtreden!

De catechismus van Heidelberg, een van de geloofsbelijdenissen (die dit jaar 450 jaar bestaat) van de kerk in Nederland, heeft het wel over "wat God van ons eist" (erfordert). Maar die geloofsbelijdenis heeft geen andere insteek. Met de vraag naar de eis van God gaat ze namelijk in tegen een al verkeerd Godsbeeld, namelijk dat we God met goede daden tevreden moeten stellen. "Wie dat denkt, komt erachter dat de wet van God nooit meer door ons gehouden zal kunnen worden zonder de grootste genade van God", zegt deze catechismus. "Wie God tevreden denkt te kunnen stellen snapt niet wat Gods rechtvaardigheid (dat wil zeggen: het hoogste goed) vereist." Dat is dus de les van het christelijke geloof: om het goede van God te krijgen, moeten we niet denken dat we dat zelf kunnen geven.