vrijdag 14 januari 2011

Joodse filosofie

Zojuist een examen Joodse filosofie afgelegd. Eigenlijk, zo schreef mijn docent Prof. Dr. Luc Anckaert in de cursustekst, is Joodse filosofie een ontmoeting van het uitgangspunt van de joodse religie en het uitgangspunt van de filosofie. Waar de filosofie bestaat in begrippen, in denken, in het formuleren van abstracte, tijdloze waarheden, bestaat de joodse (of ook christelijke) religie in ervaringen, in traditie, in het luisteren naar dingen die op de man af (particulier) zijn. Wat gebeurt er eigenlijk als religieuze uitgangspunten worden vertaald naar filosofie? Worden ze niet uit hun betekeniscontekst gerukt? Desondanks zijn er Joodse filosofen.

Maar sommige dingen zijn nu eenmaal niet redelijk te begrijpen. In de joodse filosofie is een voorbeeld de Shoah. De ervaring van catastrofe maakt filosofie onmachtig. En ook andere dingen blijken onbegrijpelijk.

Dat maakt dat sommige dingen beter in verhalen (betekenisvol spreken) te vatten zijn dan in begrippen. En betekenis van dat spreken is dan niet het vatten in begrippen, maar het persoonlijk ervaren ervan. Een mooi voorbeeld zijn de commentaren van Emmanuel Levinas (1906-1995) op de Talmoedcommentaren (de Talmoed is in de joodse traditie de mondelinge overlevering van de Torah). Bij zijn interpretatie van de Talmoedcommentaren gaat het niet om kijken en herhalen, maar om luisteren en uit jezelf spreken. De eigen interpretatie wekt de tekst tot leven.

Zo wordt Levinas' commentaar op de Berakhot met de titel 'Et Dieu créa la femme' een rijke bespreking van de thema's van de menselijke conditie: animaliteit versus rationaliteit, geweten (Gods opdracht) versus vrijheid (en neigingen), de onbedektheid voor God en het dragen van de ander (ethiek). Die bespreking gaat dan onweerstaanbaar verder over de schepping van man en vrouw. Het seksuele is niet primair en bepalend voor het zijn, stelt Levinas, maar het mens-zijn is voor zowel de man als de vrouw bepalend. Voor beiden geldt het appèl van de naaste (de 'ander'). Centraal staat ook het thema van de zoon, wat staat voor de toekomst, in het bijzonder de toekomst van de Messias -- tegenover de catastrofe van het bestaan.

Geen opmerkingen: