Wanneer Augustinus in 'De stad van God' naar aanleiding van de engelen spreekt over de ordening van de natuur (deel II, boek 1, hoofdstuk 16), komt ook en passant ter sprake dat er ook lastige beestjes bestaan. Waar volgens Augustinus al het levende in de orde van de natuur staat boven het levenloze, zegt hij dat we toch ook een andere waardering kunnen hebben: liever brood in huis dan muizen, liever geld dan vlooien. Ik zou hier ook het voorbeeld van muggen aan toe willen voegen. Waarom die andere waardering? Omdat we dingen ook ordenen naar het nut voor ons.
Maar hoe gaan we in de praktijk met deze twee mogelijke waarderingen om? Wat is de ethiek? Dat er iets van ethiek meespeelt is wel duidelijk. Een voorbeeld: Augustinus zegt zelf dat de menselijke natuur, die toch meer waardigheid bezit, soms lager geschat wordt dan andere dingen: een paard meer waard dan een slaaf, edelstenen meer waard dan een slavin.
Ik denk dat voor een christen respect voor de schepping (en in het bijzonder de levende schepping) het overheersende gevoel moet zijn. Overigens hoeft dat uitgangspunt van respect voor de natuur helemaal niet in strijd te zijn met een evolutionistische overtuiging.
Uit dit uitgangspunt van respect voor de schepping volgen een heel aantal overwegingen. Een van de meest onwaardige dingen is het misbruiken van de machtspositie die de mens over dieren heeft om dieren te pesten of te doden. Dat houdt niet alleen geen rekening met de scheppingsorde, maar heeft ook nog eens geen nut. Maar daarnaast moeten we ook nogal beschaamd zijn over de manier waarop het houden van vee geoptimaliseerd is als een soort productieproces, zonder weinig te bekommeren over de waardigheid van het dier. Ik zeg niet dat boeren niet van hun dieren houden, maar ze houden zeker op dat punt geen rekening met de scheppingsorde.
Mag je sowieso dieren doden? In de Bijbel staat een expliciete toestemming om dieren te doden om te eten, na de zondvloed, aan Noach (Genesis, hoofdstuk 9). Maar mag je ook dieren doden omdat ze je nut belemmeren ('schadelijk' zijn)? Mag je een mug doden omdat die je uit je slaap houdt? Ik denk dat de scheppingsorde wel een ding daarover zegt: het is duidelijk dat ten eerste een insect een heel andere waarde van leven heeft dan een mens; ten tweede: dat een mens de machtspositie heeft om dat te doen. Maar, anderzijds, het gevoel van respect voor de natuur gaat tegen het gebruiken van die mogelijkheid in. Dat kan dus: een beest of beestje bewonderen en toch moeten doden (hoewel je die dood liever zou voorkomen). De vos die alle kippen een voor een doodt en meeneemt, doden, en toch die dood betreuren. Een mug doden en toch die dood een verspilling vinden.
Omdat er dus dieren bestaan die lastig zijn voor ons, heeft een christen reden om verdrietig te zijn over de huidige toestand van de schepping. Voor een christen is dat het teken van de vloek die over de aarde kwam door eigen schuld (Genesis, einde hoofdstuk 3).
vrijdag 2 september 2011
Mooie lastige beestjes
Labels:
Aurelius Augustinus,
dieren,
dood,
ethiek,
natuur,
schepping,
schoonheid
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
3 opmerkingen:
Nog een noot voor deze tijd: De grootste fout van veehouderij is dat mensen bij hun vee het functionele perspectief (waar het vee voor geschikt is) het natuurlijke perspectief laten vervangen. Bijvoorbeeld een eigenaar van vee die vergeet dat zijn 'melkkoeien' ook koeien zijn, die vergeet dat 'vleeskalveren' ook kalveren zijn, dat 'legkippen' ook kippen zijn. Een simpele vernauwing van perspectief.
Ik denk dat het doden van dieren in strijd met God's gebod, met uitzondering van enkele gevallen waar het gaat om noodzakelijk voeding, levensbedreigende situaties etc. Uit datzelfde gebod volgt immers het respect voor al het leven en de Christelijke overweging gaat dus verder dan het betreuren van het verlies van leven. Naar mijn mening valt het nalaten van handelen ter bescherming van leven daar dan ook onder, iets om te overwegen als je een mestkever op zijn rug ziet vechten tegen zijn dood omdat hij niet meer in staat is zichzelf om te keren..
De veehouderij wordt door deze maatschappij gedwongen dieren als economisch goed te zien met alle gevolgen van dien. Dat valt dus niet alleen hen te verwijten. Maar het hoeft daarentegen ook niemand te verbazen, we leven immers niet in een Christelijke samenleving. Zoals bladgoud is het christelijke aspect van deze samenleving weinig meer dan uiterlijk vertoon zonder echte diepgang.
Allereerst wat de veehouderij betreft. Denk jij dat het fout is als de consument zijn eten niet als 'meer dan alleen eten' beschouwt? Jij vindt dat een consument van een bord bami moet stilstaan bij het leven van de beesten die geslacht zijn voor het gehakt, bij de verzorging van de planten die geoogst zijn voor de groenten, enzovoort? Mij lijkt dat nogal een zware belasting voor de consument. Je hebt me op dit punt dus nog niet overtuigd.
Ik ben het met je eens dat de christelijke uitgangspunten niet samengaan met een verkeerde behandeling van dieren; anderzijds wie zich christen noemt, kan wel dieren verkeerd behandelen, zoals je woorden impliceren.
Wat het doden van dieren betreft: ik denk dat dieren die voor de mens een plaag zijn (ook al zijn ze niet levensbedreigend) gedood mogen worden, al zijn ze niet levensbedreigend of niet voor voeding. Jij bent het niet met dat oordeel eens?
Een reactie posten