Een psalm van David, voor de koorleider.
De dwaas zegt in zijn hart:
Er is geen God.
Zij handelen verderfelijk,
bedrijven gruwelijke daden;
er is niemand die goeddoet.
2 De HEERE heeft uit de hemel neergezien
op de mensenkinderen,
om te zien of er iemand verstandig was,
iemand die God zocht.
3 Zij allen zijn afgedwaald, tezamen zijn zij verdorven;
er is niemand die goeddoet,
zelfs niet één.
4 Hebben zij dan geen kennis, allen die onrecht bedrijven,
die mijn volk opeten alsof zij brood aten?
Zij roepen de HEERE niet aan.
5 Daar worden zij door angst bevangen,
want God is bij het geslacht van de rechtvaardige!
6 Weliswaar beschaamt u het voornemen van de ellendige,
maar de HEERE is zijn toevlucht.
7 Och, dat Israëls verlossing uit Sion kwam!
Wanneer de HEERE de gevangenen van Zijn volk laat terugkeren,
dan zal Jakob zich verheugen, Israël zal verblijd zijn.
Bevreemdend
'Er is niemand die goeddoet.' Wat een universele bewering! Je moet wel lef hebben om zoiets te zeggen! Het is een heel pessimistisch mensbeeld wat uit deze psalm spreekt. Maar dat is nogal bevreemdend, want er gaat toch heel veel goed?
Het zit zelfs in de menselijke natuur om goed te doen. De meeste mensen hebben een positieve insteek. Ze worden daarbij geholpen door hun geweten: als je iets goeds doet, wordt je beloond door het prettige gevoel dat je iets goeds gedaan hebt. Als je iets verkeerds doet, spreekt je geweten, en probeer je met jezelf in het reine te komen door jezelf te corrigeren.
Aan het eind van hun leven zullen er veel mensen zijn die eerlijk kunnen zeggen dat ze hun best gedaan hebben, positief hebben geleefd, en (meestal) trouw zijn geweest aan hun geweten. En de keren dat ze echt iets verkeerd gedaan hebben, hebben ze daar spijt van gehad en er zelf onder geleden. Dus als God de wereld zal oordelen, geloven ze dat er niet veel mis kan gaan. Ze kunnen toch niet door God veroordeeld worden voor het enkele feit dat ze Jezus Christus niet hebben erkend?
Daarnaast, er zijn ook veel mensen die niet alleen goed willen doen, maar ook God zoeken. Ze verdiepen zich in de verschillende godsdienstige tradities en lezen de heilige boeken om zich er een oordeel over te vormen, en vergelijken die met elkaar. Ze komen vaak tot het besluit dat alle 'heilige boeken' wel iets over God zullen zeggen, maar dat het te radicaal zou zijn om te zeggen dat er één waar is. Of ze zoeken God oprecht volgens een bepaalde traditie, bijvoorbeeld de boeddhistische. Dus de bewering 'er is niemand verstandig, er is niemand die God zoekt' (vers 2) lijkt onrecht te doen aan deze mensen.
'Er is niemand perfect' - in zo'n stelling zouden we ons nog wel kunnen vinden. Er is inderdaad niemand perfect, iedereen heeft wel zijn zwakke kanten. Maar dat is toch relatief onschuldig?
Herkenbaar
Het vreemde is, voor een christen is deze psalm tamelijk herkenbaar, als hij terugkijkt hoe hij tot God gekomen is en komt:
- Voor mij is het niet vreemd te bidden 'Vergeef ons onze schulden, zoals ik degenen vergeef die mij schuldig zijn' (in het gebed dat Jezus zijn discipelen leerde). Elke dag besef je wel dat er momenten waren dat je niet leefde zoals Jezus leefde, dat je niet bewogen was met je medemens, dat je zelfingenomen was, dat je leven niet de liefde van God liet zien die Hij voor jou en de wereld heeft.
- Al heb ik als christen een zoektocht naar God gehad, 'verstandig' zou ik die niet willen noemen (vers 2). 'Afgedwaald' en 'onverstandig' is een beter woord (vers 3). Ik belijd dat God voor mij is afgedaald om mij tot Hem te leiden. Eigenlijk is het bestaan en de Goddelijke kracht van God vrij in het oog lopend, als je naar de natuur om je heen kijkt en inziet dat die zo onbeschrijfelijk mooi gemaakt is. Maar ondanks dat ben ik niet geneigd geweest God te erkennen en te dienen, maar geneigd om mijn eigen weg te gaan en mijn eigen begeerten te volgen.
- Als ik in liefde tot God tekortschiet - en dat doe ik - ervaar ik dat ik open sta voor allerlei leugens. Een van die leugens is dat je er zelf het beste van moet zien te maken. Het gevolg is dat je alle ellende om je heen negeert en je tijd nutteloos besteedt. Een andere leugen is dat de gevolgen niet zo ernstig zijn. Het gevolg is dat je jezelf nog meer laat misleiden. Als ik mezelf laat misleiden, ben ik niet beter dan een drugshandelaar of een kampbewaker in Noord-Korea. Daarom bid ik ook 'Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze'.
Het lijkt misschien mee te vallen, maar de gevolgen van het niet kennen van God zijn erger dan we beseffen. Daardoor zijn we niet in staat om onze medemens echt lief te hebben als onszelf en zijn we vatbaar voor allerlei leugens over wat goed en kwaad is.
Profetisch
De laatste verzen van de psalm gaan over het onrecht dat de kinderen van God wordt aangedaan. Voor hen is de verlossing van God aanstaande. Op verschillende plekken in de wereld is ook vandaag christenvervolging. Zij zullen uit hun lijden verlost worden in het Koninkrijk van God dat zal komen.
P.S. Psalm 53 is bijna woordelijk gelijk aan Psalm 14. Er lijken wat metrische correcties te zijn doorgevoerd om de verzen even lang te laten zijn, maar inhoudelijk is er geen verschil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten