De 'maand van de filosofie' (april) heeft als thema 'het echte leven'. Dat 'echt' staat voor 'authentiek'. Om te beoordelen of iets 'authentiek' is heb je een vergelijkingspunt nodig.
Van prof. Burms heb ik bij het vak algemene moraalfilosofie geleerd dat men op zoek is naar een vast punt in het leven. Bij ernstige ziekte of vrees voor de dood zien mensen het leven vaak anders – een fundamenteler perspectief, of misschien juist een verduisterd perspectief. We zoeken naar een vast punt dat gelijk blijft in wisselende omstandigheden, een standpunt dat niet ontgoocheld of begoocheld kan worden. Aan dat vaste punt verbinden we de fundamenten van moraal, van het goede leven, aldus prof. Burms. Een voorbeeld van zo'n vast punt is religie.
Waar vinden mensen anders nog vastheid? Wetenschap zou zo'n voorbeeld kunnen zijn. Evolutionisme biedt voor veel mensen voeten voor het wereldbeeld. Als we het niet in wetenschap vinden en niet in religie, waar dan wel? In mezelf misschien: een postmoderne autonomie? Volgens prof. Burms was dat laatste idee naïef: in jezelf vind je nooit een vast punt. Immers, als je al een vast standpunt meent te hebben, waaraan ontleent dat dan z'n vastheid behalve aan jezelf? Je kunt je toch ook niet aan je eigen armen zelf een moeras uit trekken?
Misschien zeggen we: zo'n vast punt is niet nodig? Misschien beschouwen we religie al als minderwaardig alleen al omdat ze een vast punt geeft. Maar dat is dwaas; en, zoals gezegd, evolutionisme valt onder hetzelfde oordeel.
Kunnen we inderdaad zonder vast punt? We kunnen zeggen: "We moeten ons laten meevoeren door de stemming van het moment; authenticiteit is dus: op elk moment meest intens zijn wie je op dat moment kunt zijn". Authenticiteit is dan dus niet gebaseerd op een vast punt, maar op een vaste eigenschap. Of misschien kunnen we zelfs zeggen: "We moeten het ideaal van 'echt leven' maar helemaal loslaten; er is niets anders dan onvoorspelbare stromen in ons leven". Misschien is authenticiteit wel "een modieus en overspannen ideaal", staat er bij de tekst over het thema van de 'maand van de filosofie'. Met een cynische opmerking zou de laatste opvatting zelfs kunnen stellen: "Verlangen naar authenticiteit is de sleur waarvan we bevrijd moeten worden".
Maar 'echt leven' blijft ook altijd tegenover 'in een waan leven' staan; bijvoorbeeld in de sleur van een kapitalistisch werkschema, of in de waan van een onbekend bedrog. Of is zelfs bedrog en sleur geen probleem? Wie dat zegt omarmt het nihilisme: niets heeft waarde.
Ik weet niet goed hoe ik op deze perspectieven moet antwoorden. Levensperspectieven gaan vaak samen met een sterke 'blijf van mijn lijf'-strategie: "Dit is hoe ik er over denk, ik heb er recht op, het leven is van mij".
Maar misschien is dat precies waar het christelijke levensbeschouwing een ander perspectief kan bieden: het leven is niet van ons. Het is er niet zomaar gekomen; het komt uit de handen van God. We vinden ons vaste punt in waar we vandaan komen. "In het begin schiep God de hemel en de aarde."
maandag 4 april 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten